Het STT-gewricht ligt tussen 3 handwortelbeentjes, onder aan de duim. Op de botten van dit (pols)gewricht zit een laagje kraakbeen. Bij slijtage (STT-artrose) wordt het laagje kraakbeen steeds dunner, of verdwijnt helemaal. Slijtage van het STT-gewricht gaat vaak samen met slijtage van het CMC1-gewricht (basisgewricht duim). Afhankelijk van de ernst van uw klachten zijn de volgende behandelingen mogelijk:
- ontstekingsremmende en pijnstillende medicijnen
- afneembare spalk
- injectie met ontstekingsremmende corticosteroïden
Heeft u hier geen of onvoldoende baat bij? Of heeft u ernstige klachten? Dan kunt u in overleg met uw handchirurg een van de volgende operaties overwegen:
- resectie-artroplastiek: het oppervlak van het gewricht wordt verwijderd en opgevuld met peesweefsel
- artrodese: het gewricht wordt gedeeltelijk vastgezet
Hoe bereidt u zich voor op behandeling van slijtage van de pols (STT-artrose)?
De handchirurg legt u goed uit hoe u zich op de behandeling, een eventuele operatie en de periode van herstel kunt voorbereiden.
Wat kunt u na de behandeling verwachten?
Mogelijk verdwijnen uw klachten na de behandeling met medicijnen en/of een spalk. Na een resectie-artroplastiek heeft u geen pijn meer en kunt u uw pols normaal bewegen en belasten. Mogelijk heeft u alleen iets minder kracht in uw pols. Is het STT-gewricht gedeeltelijk vastgezet? Dan kunt u uw pols minder goed bewegen, maar wel zonder pijn belasten.
Websites
Geen websites gevonden.