Onderzoek effect tuberculoze vaccinatie tegen coronavirus

Noordwest Ziekenhuisgroep doet mee aan het landelijke onderzoek van Radboudumc en het UMC Utrecht naar het effect van het tuberculosevaccin op het coronavirus. Inmiddels hebben zich ruim 190 medewerkers van afdelingen als AOA, afdeling Longziekten, IC, SEH en Eerste Hartlonghulp aangemeld.  

Longarts Wim Boersma: ‘Hopelijk vallen de met het BCG(Bacillus Calmette-Guérin)-vaccin geïnjecteerde medewerkers minder snel uit. Het vaccin beschermt niet rechtstreeks tegen het coronavirus. Wel kan het BCG-vaccin de afweer een boost geven waardoor een betere bescherming tegen coronavirus ontstaat en de infectie milder verloopt. We zitten nu middenin de uitbraak. Daarom willen we snel voldoende deelnemers hebben om te onderzoeken of het BCG-vaccin ons ziekenhuispersoneel beschermt.’

Bescherming tegen griep
Op 26 maart is begonnen met het onderzoek waaraan in totaal 1000 (verhoogd naar 1500) zorgmedewerkers mee gaan doen. Radboudumc en het UMC Utrecht hebben het onderzoek opgezet omdat bekend is dat de BCG-vaccinatie meer bescherming geeft tegen griep. Of dat ook het geval is bij het coronavirus moet dit onderzoek uitwijzen. Voor het onderzoek wordt de ene helft van de deelnemers ingeënt met het vaccin en de andere helft met een placebo. 

Via de app
Na de inenting worden de deelnemers gevolgd met een app. Op de app beantwoorden ze een korte vragenlijst. Wim Boersma: ‘Daarna wordt hun klachtenpatroon dagelijks gescreend. Zodra deelnemers verschijnselen van de infectie vertonen en hij gaat naar de huisarts of andere zorgverlener, dan wordt dat via de app doorgegeven. Ook over die klachten ontvangt de deelnemer een te beantwoorden vragenlijst. De app is gekoppeld aan de database van het landelijke onderzoek. Door de unieke code leest men daar of de deelnemer is ingeënt met het BCG-vaccin of met een placebo.’

Volgens de longarts loopt de analyse van het onderzoek in ieder geval tot oktober van dit jaar. ‘Als blijkt dat het vaccin helpt, kan het ook bij andere medewerkers worden ingezet. Het kan ook nodig zijn om de deelnemers langer te volgen. Wanneer de onderzoeksuitkomsten worden vertaald naar het al dan niet inzetten in de zorg weten we nog niet precies.’